Tags:
EEN PIEKFIJN KERSTENGELTJE
Reizen
In het huis van Bart liggen op zolder alle kerstspullen te wachten tot het bijna kerstfeest is. De deftige meneer Piek ligt in een mooi doosje tussen het vloeipapier. Hij was heel duur en ligt daarom boven in de doos met versieringen. Een blauwe kerstbal zegt: "het is bijna kerstfeest jongens!" "Hoi, hoi, hoi", de kerstballen zijn blij, ze hebben nu wel weer lang genoeg in een doos gelegen. Ze willen weer fijn in de kerstboom hangen. "Stilte!", zegt meneer Piek, "denk aan de kerststemming". In een oude plastic zak begint iets te kraken. Hierin zit het kerstengeltje. Ze vraagt of er al iemand aan komt om haar uit de zak te halen. De deftige meneer Piek zegt: "och, jij mag dit jaar toch niet in de kerstboom hangen. Jij bent veel te oud en te lelijk. Je zou de hele boom ontsieren met je verwarde haren, je gekreukte jurk en je kromme ijzerdraadbenen". Het kerstengeltje kruipt uit de zak en wordt vuurrood van schrik. Ze vraagt aan de dennenappel of het waar is wat meneer Piek zegt. De dennenappel zegt niets, maar droomt van het bos. Ze vraagt het ook aan het zilveren vogeltje en aan het glazen kerstklokje.
Het kerstklokje zegt: "weet je wat het is, eigenlijk kun jij niks, je kunt niet eens klingelen om te laten horen hoe goed je bent." Het kerstengeltje voelt zich erg ongelukkig. Had ze nu maar een kammetje of een borstel. Haar ijzerdraadbenen zijn krom, dat is waar. Ze klopt op een kartonnen doos. "Hallo, is hier iemand die sterk is? Iemand die mijn ijzerdraadjes recht kan buigen?" De doos gaat open en het engeltje ziet een reusachtige glanzende kerstbal. Haar ogen worden groot van schrik, want in de kerstboombal ziet ze zichzelf weerspiegeld. Wat is ze lelijk! Snikkend gaat ze tussen de kerstlinten zitten. Nee, nu begrijpt ze wel dat ze niet in de kerstboom kan hangen, tussen het vogeltje, de ballen, het klokje en meneer Piek. Als de mensen haar zo zien, gooien ze haar misschien wel in de afvalbak! Het engeltje rilt, niemand mag haar zien, ze zal zich verstoppen.
Daar klinken voetstappen op de trap. Vader en Bart komen de zolder op. Vader wil niet alle spullen meenemen, dan hangt de boom veel te vol. Alleen de piek, een paar ballen en wat slingers. De glitters van meneer Piek glimmen van trots. "Ik zie mijn engeltje niet", zegt Bart, "zij hoort er ook bij. Ik heb haar van opa gekregen". Bart voelt met zijn hand diep in een doos. "Hela! Voor" Meneer Piek kan zijn zin niet afmaken. Hij valt in duizend kleine scherven op de grond. Maar Bart heeft zijn engeltje gevonden, hij houdt haar stralend omhoog. Vader is een beetje boos om de gebroken piek.
Een uurtje later is de kerstboom versierd. Iedereen hangt te glimmen en te stralen in de boom. Alleen is de boom een beetje kaal, zo zonder piek. Moeder heeft intussen het jurkje van de kerstengel gestreken. Haar haren weer glad naar achteren gekamd en ze draagt een nieuw gouden kransje. "Hier, die ziet er weer piekfijn uit" zegt moeder. Dan krijgt Bart een idee. Zijn kerstengeltje mag de piek zijn! Bart zet haar op de top. Voorzichtig buigt hij de ijzerdraadbeentjes om het groen. Zo zit het kerstengeltje lekker stevig. Bart kijkt tevreden omhoog. Wat staat opa's kerstengeltje daar mooi! En de opschepperige meneer Piek? Die ligt in de vuilnisbak. Iedereen is blij met het piekfijne engeltje.
Bewerking van: Een piekfijn kerstengeltje van Thera Coppens
Uit: Kerstklokje, klingelingeling. Uitgeverij van Holkema & Warendorf
Knutseltip:
Wil je zelf ook een engeltje (of een heleboel engeltjes) voor in je boom? Dat kan. Teken een cirkel met middenin een klein rondje (het hoofdje van het engeltje). Knip de cirkel in, op de zwarte lijnen, zoals aangegeven en vouw hem dan rond. Hierbij moet je de vleugeltjes bij streepje a en streepje b in elkaar vouwen. Je engeltje is klaar. Je kunt je engeltje van mooi glimmend papier maken of versieren met glitters en sterretjes.
Wil je graag een wat uitgebreidere beschrijving? Die kun je gratis meenemen van de lectuurtafel in de Antoniuskerk. (hier kun je ook wat voorbeeldjes bekijken).