Tags:
Het mooiste geschenk
Op een avond valt er een engeltje met een gele muts op pardoes uit de hemel. Hij valt voor de voeten van een oude haas op de grond. Het engeltje vertelt aan de haas dat hij op zoek is naar een geschenk. Hij is dit jaar uitgeloot om op aarde het allermooiste geschenk te gaan zoeken voor het kerstkindje. Het valt niet mee om een origineel cadeau te vinden en het engeltje vraagt de haas om hulp. Ze gaan samen op zoek en vertellen elkaar onderweg de mooiste verhalen. Luister maar naar één van de verhalen die het engeltje vertelt:
Er was eens een man. Hij had een huis, een os, een koe, een ezel en een kudde schapen. Er was ook een jongen die de schapen hoedde. Hij bezat een hondje, een wollen hemd, een herdersstaf en een herderslichtje. Het had gesneeuwd en de jongen had het koud. “Mag ik me bij jou in huis warmen?” vroeg de jongen aan de man. “Nee, ik wil mijn warmte niet met jou delen. Het hout is veel te duur,” zei de man en hij liet de jongen in de kou staan. Toen zag de jongen een grote ster aan de hemel. Hij pakte zijn staf en zijn lichtje en volgde de ster.
“Zonder de jongen blijf ik niet hier”, blafte het hondje.
“Zonder de hond blijven wij niet hier”, blaatten de schapen.
“Zonder de schapen blijf ik niet hier”, balkte de ezel.
“Zonder de ezel blijf ik niet hier”, loeide de koe.
“Zonder de koe blijf ik niet hier”, snorkte de os.
En zo liepen ze allemaal achter de jongen aan. Wat is het opeens stil, dacht de man, die lekker bij de kachel zat. Hij riep de herdersjongen, maar kreeg geen antwoord. Hij ging naar de stal, maar er was niemand meer te zien. “De jongen heeft al mijn dieren gestolen!” schreeuwde de man en ging meteen achter ze aan. Het begon dikke vlokken te sneeuwen. Er stak een storm op, die dwars door de kleren van de man heen blies. Al gauw was de man koud tot op het bot. Hij zakte weg in de sneeuw en riep luidkeels om hulp. Toen de storm ging liggen, zag de man een grote ster aan de hemel. De ster stond boven een stal. De man ging eropaf. Hij deed de deur open en zag….. de schapen, de ezel, de koe, de os, het hondje en de jongen. Ze stonden om de kribbe. In de kribbe lag een kindje, dat lachte naar de man. “Ik ben gered”, zei de man en knielde naast de jongen bij de kribbe. De volgende ochtend gingen ze allemaal terug naar huis. Het had weer gesneeuwd en het was bitter koud. “Kom mee naar binnen”, zei de man tegen de jongen. “Ik heb hout genoeg, we zullen de warmte delen”.
De haas en het engeltje genoten van elkaars verhalen. Plotseling herinnert het engeltje zich weer waarom hij op aarde is. Het is bijna Kerstmis en hij heeft nog steeds geen geschenk gevonden. “Ik heb alleen maar nutteloze verhaaltjes verteld”.
De haas is het daar niet mee eens.” Verhalen zijn juist prachtig. Verhalen vertellen betekent dat je tijd neemt om iets te delen, verhalen vertellen betekent dat je van elkaar houdt. Ik geloof dat er geen mooier geschenk op aarde bestaat dan een verhaal”. En toen wist het engeltje wat hij aan het kerstkind zou geven.
Wil je graag alle verhalen horen die het engeltje en de haas elkaar verteld hebben? Je vindt ze in het boek: HET MOOISTE GESCHENK: 24 adventsverhalen verzameld door Brigitte Weninger