De koning komt

"Wil je zien hoe rijk ik ben?", vroeg de bramenplukker, die een zwervend bestaan leidde. "Kom dan naar buiten. Kom morgen vroeg kijken. Dan laat ik je mijn paleis en mijn diamanten zien." De mensen waren benieuwd en stonden de volgende morgen heel vroeg op om te zien hoe rijk de bramenplukker was. 's Morgens vroeg nam de bramenplukker hen mee en ging op pad, het dorp uit. Intussen wees hij de mensen op de zilveren parels die overal op de bloemen lagen. "Dat is gewoon dauw", zeiden sommige mensen. Bij het bos gekomen zei hij: "Zie je de zuilen, de portalen en de hoge gewelven? Dit is mijn paleis." De mensen keken elkaar aan. Tegen het middaguur ging de bramenplukker op zijn rug liggen en zei: "Doe ook zo." Alle mensen deden het. Toen zei hij: "Kijk naar de wolken. Daar is een beer, daar een paddestoel, ginds een winterlandschap. Dat is televisie waar je niets voor hoeft te betalen!" De mensen keken hun ogen uit, gingen 's avonds terug naar huis en wilden ook bramenplukker worden. Want overal in de natuur is er gratis zoveel moois, als je het maar wilt zien, als je er de tijd voor neemt.

De volgende dag kwam een reiziger langs die geen tijd had. Hij wilde eten, slapen, onderdak en gaf een goudstuk. De bramenplukker wilde zijn goud niet en zei: "ik ben rijk genoeg. Ik heb parels en diamanten in overvloed." De reiziger vroeg: "Hoeveel diamanten?" "Dat weet ik niet precies", zei de bramenplukker, "maar al gauw een paar grasvelden vol." Toen de reiziger dit hoorde, lichtte hij de burgemeester in en ging slapen. De volgende morgen waren ze allemaal present: de reiziger, de burgemeester en alle mensen die geen tijd hadden, maar meteen schatrijk wilde worden. "Beste bramenplukker", zei de reiziger, "toon ons je paleis en diamanten." "Goed", zei de bramenplukker, "ga maar met me mee naar buiten." En hij toonde hun de dauwdruppels, die als diamanten blonken, liet hun bomen zien als gewelven, en de zon die iedereen blij maakt.

De mensen waren woedend, maar de bramenplukker lachte, want hij was gelukkig en had alle tijd.

Naar Godfried Bomans uit Wonderwel.

Hoe zit het met jou? Kijk jij wel eens goed om je heen en wat zie je dan. Heb jij ook altijd haast of heb je ook wel eens tijd om te genieten? Waar geniet je dan van?

We vieren binnenkort in de kerk het feest van Hemelvaart en Pinksteren. Met Hemelvaart laat Jezus zich, na zijn dood, weer aan zijn vrienden zien. Hij vertelt dat hij naar zijn vader terug gaat. De vrienden van Jezus snappen het niet goed. Ze weten niet goed wat ze nu moeten doen.
Met Pinksteren krijgen ze ineens de "heilige" geest. Ineens weten ze het. Ze gaan met zijn allen naar buiten en vertellen aan iedereen over Jezus. Over alle wonderen die hij heeft gedaan. De aandacht die hij had voor grote en kleine mensen. De vrienden van Jezus gaan voortaan net zo doen als hij. Ze laten iedereen, die het wil, de mooie dingen van het leven zien.

In een luchtballon kun je alles ook goed bekijken. Je kunt vooral ook heel ver kijken. Je laat je meevoeren op de onzichtbare kracht van de wind . De leerlingen kregen met Pinksteren ook een onzichtbare kracht. Ineens hadden ze het lef om iedereen over Jezus te vertellen.

Hier nog een cijferkleurplaat. Verbind de cijfers en kleur de tekening . Misschien kun je ook nog wel tekenen wat je allemaal ziet als je goed kijkt. Wil je deze tekening groter? In de Antoniuskerk vindt je een groot exemplaar om mee te nemen. Veel plezier.