Preek 5-6 juli 2008

Tags: 

Mijn last is licht

Jezus spreekt over een lichte last. Wat bedoelt Jezus daarmee? Want ’n last is iets lastigs. Maar zoals Jezus een last draagt is het licht. Als symbool van die last neem ik ’n paar veren als symbool. Want veren zijn licht. Het is gezond als ’n mens wat te verstouwen heeft. Als je nooit iets hoeft te dragen, dan hou je slappe armspieren. Het is gezond voor ons als mens dat we op zijn tijd iets te dragen hebben om daardoor stevige armspieren te krijgen. Als je nooit tegen de wind in hebt moeten fietsen dan kun je bij de eerste de beste stormachtige dag maar beter thuis blijven, want je hebt weinig fut om tegen de wind op te fietsen.

Dit leert ons. Voor de ontwikkeling van onze spieren en van onze geest is het gezond op zijn tijd wat tegenwind te krijgen of wat zwaardere lasten te dragen krijgen. Daar groeien we als mens aan. Och arm het kind dat als kind door zijn ouders verwend wordt. Dat kind leert niet aanpakken. Dus als het in het leven later aan moet pakken. Dan kan dit kind dit niet. De geest is te slap.

Maar vandaag denken we aan een bepaald soort lasten, die mensen te dragen krijgen zoals de zorg voor kinderen. De verantwoordelijkheid die een mens krijgt door de baan die hij heeft als onderwijzer, bouwvakker of administratieman. Door in deze je zaken goed op te pakken kun je er ook aan groeien als mens en als Christen. Tenzij er dwang bij komt. Je niet jezelf geeft maar onder druk. Wanneer mensen uit innerlijke overtuiging zich aan hun werk geven dan gaat het goed ook al is het zwaar werk. Maar zo gauw we onder dwang gaan werken dan gaat het fout. Mensen kunnen thuis door hun ouders of partner geraffineerd onder druk worden gezet. Hetzelfde op het werk. Zo gauw vader of moeder een dwingeland wordt is het fout.

Zo in die eerste lezing van die 2 monniken. De oudste monnik heeft die vrouw de rivier overgedragen en daarmee uit. De jongste zit met allerlei regeltjes en wetjes in zijn hoofd en wil het daarom aan vader abt melden. Hoe beleven we ons geloof? Voor de oude monnik gaat het niet om de letter van de wet. Hem gaat het om de geest van de wet. Maar hoevelen onder ons gaan zoals die jonge monnik gebukt onder de zware last van wetten en voorschriften.

Jezus kent zijn mensen en de levenssfeer waaronder ze leven. Zij leven onder dwang. In zijn tijd is voor de Joden het gehele menselijke verkeer, de gewoonten en gedragingen allemaal precies door wetten en voorschriften geregeld. Zo mag men op de sabbath maar een bepaald aantal stappen zetten. Men weet precies waardoor men onrein wordt en wanneer men zijn vrouw mag wegzenden. Men weet precies zo en zo. De Joden gingen daar onder gebukt. Jezus treedt daar fel tegen op. Hij wil geen dwang maar innerlijke overtuiging.

Velen onder ons kennen dit ook nog uit het verleden. Vroeger ging men zondags naar de kerk omdat het moest en niet uit innerlijke overtuiging. Hetzelfde met het vasten en vrijdags geen vlees gebruiken. Alles was in regels en voorschriften vastgelegd. Het gaat er om, dat je het uit liefde doet uit overtuiging. Ik ken een goed voorbeeld in deze. Als je iets uit liefde doet dan gaat het je van zelf af, kost het je geen moeite. Hier denk ik aan een jonge moeder. Haar baby vraagt veel van haar aan voeding, verzorging de was enz. Ze is er dag en nacht mee bezig. Voor haar is dit geen last. Ze is gelukkig zich in liefde te kunnen geven aan haar kind.

Daarnaast moet me nog iemand anders van het hart Jan van Kilsdonk. Op 30 juni is Jan van Kilsdonk ’s nachts in zijn slaap overleden. Hij was studentenpastor in Amsterdam. ’s Nachts liep hij langs de kroegen. Vele studenten en anderen kenden hem. En als ze hem aan een bar zagen staan grepen ze hun kans om een gesprek met hem aan te gaan. Bij hem konden ze hun verhalen kwijt. Hij luisterde. Ze vertelden van hun eenzaamheid, hun seksuele geaardheid, de ruzie met hun ouders en de relatieproblemen. Vaak kregen ze kort daarna van Jan van Kilsdonk een brief. Hij heeft wat uitvaarten gedaan voor aidspatiënten en van zelfdoding. Deze Jan van Kilsdonk gaf zich uit liefde aan zijn medemens, die het leven niet aan kon. Jan deed dat graag, want de pijn en het verdriet van zijn naasten raakten hem. Jan van Kilsdonk is voor mij een heilige uit deze tijd.

H. de Valk